Sommige bestuurders zijn zich bewust van hun grenzen en stemmen hun gedrag erop af. Anderen, daarentegen, overschatten hun werkelijke vaardigheden en passen hun rijgedrag niet aan. De meest voorkomende fouten bij oudere bestuurders zijn het niet verlenen van voorrang, het niet naleven van verkeersborden en -tekens, het achteloos oversteken van kruispunten, het veranderen van rijstrook zonder te controleren of er andere weggebruikers zijn, foutief achteruit rijden en te langzaam rijden. Onoplettendheid en het binnenkrijgen van te veel informatie in één keer lijken aan de basis te liggen van de meeste van deze zaken.